Dinsdagavond 16 januari organiseerde de gemeente Veendam de tweede afsluitende informatieavond waar de vijf onderwerpen waarover de gemeente Veendam graag in Ommelanderwijk een ‘pilot’, een proeftuin, wil opzetten.
Waarom Ommelanderwijk?
Hierop geeft wethouder Henk Jan Schmaal (portefeuillehouder Ruimtelijke Ordening) antwoord. Binnen de gemeente Veendam kennen we een breede variaritie aan woon-; en werkgebieden. Juist in Ommelanderwijk komen deze allemaal bijelkaar: industrie, kleinschalige bedrijvigheid, agrarische sector, stedelijke verdichting en landelijke lintbebouwing. Eigenlijk is Ommelanderwijk volgens de wethouder “de gemeente Veendam in het klein”.
Over welke onderwerpen gaan we het hebben?
Er zijn bij de eerste bijeenkomst eind 2023 vijf “peilers” benoemd, en dat zijn respectievelijk (in willekeurige volgorde):
1. Bebouwde oppervlakte van percelen primair bedoelt voor bewoning van 50% (nu) naar 75% (pilot);
2. Verhoging maximale bouwhoogte van woonhuizen van 9 meter (nu) naar 11 meter (pilot)
3. Voorgevelrooilijn van aan- en uitbouwen van 3 meter achter de voorgevel (nu) naar 1 meter achter de voorgevel (pilot)
4. Toestaan van kleinschalige bedrijfjes in BESTAANDE bijgebouwen
5. Maximale hoogte van schuttingen grenzend LANGS / AAN de openbare weg van 1 meter hoogte (nu) naar 2 meter hoogte (pilot).
Vervolg?
Ondanks het feit dat de avond goed werd bezocht (er waren overigens ook opvallend veel inwoners uit Zuidwending) beseft de gemeente Veendam dat voor een goed draagvlak er breder gepeild moet worden. Dat gaat ook gebeuren: via zowel deze website, als via het Tonckeltje.
Het uiteindelijke doel zal een specifiek omgevingsplan (het omgevingsplan is in het kader van de nieuwe en op 1 januari 2024 ingestelde Omgevingswet de opvolger van het bestemmingsplan) voor Ommelanderwijk gaan zijn waarop iedereen wederom een zienswijze kan inbrengen.
Open eindjes?
Vragen waren er ook, bijvoorbeeld de gevolgen van de Wet Kwaliteitsborging bij nieuwbouw van onderanderen woonhuizen. Deze wet schrijft voor dat iedereeen die nieuwbouw wil plegen, een z.g. “kwaliteitsmanager” moet inhuren waaraan exceptioneel hoge kosten zijn verbonden, van soms ettelijke duizenden euro’s per bouwplan.
Hierop kon de gemeente geen antwoord geven. Antwoorden ontbraken ook op vragen die gingen over het bestendigen van de leefbaarheid op onze dorpen (het verdwijnen van voorzieningen zoals openbaar vervoer, generatiebestendig wonen op onze dorpen, etc). Veel aanwezigen hadden over dit soort belangrijke thema’s liever een pilot gezien.